Beginpagina van Plantaardigheden.nl
 

Leesmaar.nl
Dodoens en andere bijzondere boeken

Sitemap
Index

Plantaardigheden.nl
Artikelen over planten

Leeswerk.nl
Plantenboeken opengelegd

1644 Cruydt-Boeck
A | B | C | D | E | F | G| H | IJK | L | M | N | O | P | QR | S | T | U | V | WXYZ
Voorwerk
Deel 1 Boek
1 Van de gheslachten ende de krachten der Ghewassen
2 in 't Latijn met A. B. C. D. ende E. beghinnend Planten Alfabetisch
3 in 't Latijn met F. G. H. I. K. ende L. beghinnend Planten Alfabetisch
4 in 't Latijn met M. N. O. P. ende Q. beghinnend Planten Alfabetisch
5 in 't Latijn met R. S. T.  ende V. beghinnend Planten Alfabetisch

Deel 2 Boek 6 | 7 | 8 | 9 | 10

Deel 3 Boek 11 | 12 | 13 | 14 | 15

Deel 4 Boek 16 | 17 | 18 | 19 | 20

Deel 5 Boek 21 | 22 | 23 | 24 | 25

Deel 6 Boek 26 | 27 | 28 | 29 | 30

Indiaensche oft Uytlandtsche Boomen, Heesteren ende Cruyden

Nawerk Neder-Duytsche Naemen der Cruyden

   
Middelnederlandse termen
Woordenboek Nederlandsche Taal
Plantago PlantIndex
Letter: druk op CTRL, draai ook aan muiswiel
Bijgewerkt 28-04-2023

«   Cruydt-Boeck 1644 Deel 1 boek 1 capitel 8, bladzijde 14-15  Zie volgende pagina »

Van de Vierde krachten

HET VIII. CAPITEL

Seer verscheyden ende onghelijck van de voorgaende zijn de krachten / de welcke de Vierde genoemt worden. Want sy en hanghen niet aen eenige van d'Eerste krachten; noch oock sy en volgen de Tweede oft de Derde niet; maer sy komen alleen van d'eygenschap van de gestaltenisse oft wesen der dingen. Sulcke worden alleen door ervarentheyt bemerckt / noch en konnen door gheen' andere middelen bekent wesen : ghelijckerwijs dat den Seylsteen het ijser nae hem treckt ende by hem houdt / ende dat sijne krachten door loock ghemindert oft gekrenckt worden / dat en is door gheene reden door-vonden gheweest; maer alleen de bemerckinghe oft het waer-nemen heeft dat bewesen ende in 't licht ghebroght : Inder selver voeghen oock dat Amber door wrijvinghe heet gheworden zijnde / het stroy nae hem treckt / en is door gheene reden bekent gheworden. 'T selve maghmen van vele andere dinghen segghen; de welcke door eenighe besondere eygenschap haers maecksels oft ghestaltenisses haere krachten te wercke stellen. Ende daerom worden dese verborghen / verholen ende verschil-makende krachten in 't Latijn Specificae ghenoemt. Soodanighe zijn alle de krachten oft eygenschappen der wilde dieren / ende vergift-uyt-schietende beesten / in 't Griecks 'Iobola zooa' Iobola zoa : boven dien oock alle krachten van de dingen die vergift oft vergiftigh zijn ende genoemt worden in 't Griecks Deleteria 'Dèlètèria'. De welcke niet door eenighe openbare oft met menschelijcke reden bekennelijcke eyghenschappen oft qualiteyten / maer door verholen ende heymelijcke kracht doodelijck zijn. Te weten / de venijnighe dieren / door bijten / steken / slaen ende oock aenraken alleen; maer de vergiftighe dinghen / als sy in 't lijf als dranck oft eetwaer worden ghenomen. Dan ghelijckerwijs elck een van die sijne verscheyden eygentheden heeft / alsoo wordt het oock in verscheyden voegen den mensche hinderlijck oft doodelijck bevonden.

Vergiftighe dieren

In 't ghetal van de wilde dieren brenght den Aspis (een soorte van slang) den mensch tot eenen doodelijcken slaep / ende doot hem seer haest. Den steeck oft bete van den Adder veroorsaeckt terstont smerten / koudigheden oft bevinghen / brakinghen oft spouwen van gallachtighe vochtigheden / dorst / ende andere seer swaere toe-vallen : dierghelijcke krachten heeft oock het vergift van dese naer-volghende / te weten diemen Amphisbaena, Cerastes, Dipsas, Sepedon 'Sèpedoon', Dryinus noemt / ende noch meer andere.

Als iemand ghebeten is van het ghedierte dat Haemorrhoüs heet / dan komt hem 't bloet uyt alle sijn leden ende deelen des lichaems gheloopen. De Scorpioenen / Scolopendren / Agdissen / Phalangen / ende andere van 't selve gheslachte / zijn oock op haere maniere hinderlijck. Den bete van eenen dullen Hondt verweckt de sieckte diemen Hydrophobia (dat is Water-angst) noemt; in de welcke de krancken het water gedurigh vreesen / ende in angste zijn van te verdrincken.

Vergift

Onder het vergift / datmen in 't lichaem als spijse oft dranck kan innemen / zijn de Spaensche Vlieghen oft Cantharides, de Blase meest schadelijck : den Zee-haes (Lepus marinus in 't Latijn) doet de longheren sweeren ende erulcereren. De hersenen oft 't breyn van een Katte maeckt de menschen dul ende heel uytsinnigh. De Aerdachtige dinghen van metael ghekomen oft genomen (ende daerom Metallicia gheheeten) als is Ceruyse / Schuym van silver / Antimonie / Quicksilver / hoe dat oock bereydt is / ende veel meer andere dingen / zijn oock doodelijck van binnen genomen wesende; maer nochtans in verscheyden manieren. Want sommighe van dien dooden haestelijck / sommige traegelijcker. Ins gelijcks moetmen oock segghen van de doodelijcke gewassen; de welcke niet alle in eender voeghen den menschen hinderlijck zijn.

Dan al 't gene dat vergif verdrijven / ende de vergiftighe steken oft beten genesen kan / heeft de selve kracht oock van d'eygenschap van sijne stoffe oft substantie. Dese zijn tweederhande : want sommighe dierghelijcke dinghen worden Theriaca, sommighe Alexipharmaca ghenoemt.

Theriakelen

Theriakelachtighe dinghen / Theriaca in 't Latijn / worden eygentlijck ghenoemt alle die den vergiftighen dieren ende haere schadelijckheydt wederstaen. Dese worden nae de vergift-schietende gedierten genoemt / die de Griecken Theria 'Thèria' heeten : onder welcken naem alle dieren / die vergift uytgeven oft schieten / begrepen worden. Nae dese worden alle soo ghemenghelde als onghemenghelde dinghen / de welcke de beten / slaghen en wonden van de vergiftighe beesten genesen konnen / Theriaca 'Thèriaka' ghenoemt. Dan sommighe van dese verdrijven de schadelijcke dieren ende de vergiftige slangen / mits datmen die in 't roocken / bestroyen oft besmeeren gebruyckt : somige ghenesen de ghene die hier van kranck zijn; ende maken dat de steken / beten oft slaghen van die geene schade doen en moghen.

Vergift-afkeerende

Hieronder worden begrepen diemen Periammata 'Periammata' ende Apotropaea 'Apotropaia' noemt; de welcke aen den hals oft elders aen gehangen wesende /

 

de schade oft hinder / die de verghiftighe dieren pleghen te doen / af-keeren; ende niet alleen de verghiften / maer oock de tooverijen ende belesinghen krachteloos maken. Seer vele van dese vindtmen by verscheyden beschrijvers. Het Emmer oft Amber wordt de kleyne kinderen voor een beschudtsel van vergift aen den hals ghehanghen : 't Korael keert alle haet ende nijdt van 't huys / daer het in is : een drooge Squille / oft Zee-aiuyn / aen 't voorste oft den ingangh van 't huys / oft aen den gevel oft bovensten dorpel gehangen / belet alle quaedt-doenders ende tooveraers / iemanden van 't selve huys te beschadighen; 't welck Plinius / met noch veel meer andere dierghelijcke dingen / vertelt. Galenus in het tweede van de Genees-dingen nae de plaetsen / verhaelt meest al 't gene dat op het hooft krans-gewijs oft als een hoetken geleyt zijnde / de pijne versoet.

Beschuttende

Dese worden oock Amuleta genoemt / van 't Latijnsch woordt amoliri, het welck af-keeren beteeckent; om dat sy alle verghift ende quaedt af-keeren ende beschutten. Sy heeten oock somtijdts Alexiteria 'Alexitèria' in 't Griecks.

De dingen / de welcke tegen 't vergift ende doodelijcke drancken gebruyckt worden / niet van buyten op-leggende oft bestrijckende / maer van binnen innemende; de selve heeten Alexipharmaca 'Alexifarmaka'; hoe wel sy oock Alexiteria van sommige genoemt worden. Dan Hippocrates noemt Alexiteria alleen die baten oft remedien die teghen de beten der wilde dieren ghebesight worden.

Beroerende oft af-iaghende

Met de vergiften oft fenijnen hebben seer groote ghemeynschap alle de dinghen die eyghentlijck Cathartica genoemt worden / dat is de dinghen die om 't lichaem te reynighen oft te purgeren dienen : Want als de selve in te groote menighte ghebruyckt worden / dan en schaden sy niet alleenlijck gheweldighlijcken seer; maer benemen den mensche lichtelijck het leven. Dan sy worden Cathartica ghenoemt in twee manieren.

1. Ghemeynlijck oft meest worden voor af-iaghende oft purgerende dinghen verstaen alle dinghen / de welcke de overvloedigheden des lichaems lossen ende uytdrijven / in hoedaniger voegen dat het oock zij; als zij de Pis-lossende / de Fluymen oft Spouwsel lossende / de Maendt-stonden verweckende / ende voordts alle de grove vochtigheden dun-makende / de door-gangen van verstoppinge verlossende / ende de wegen openende dingen; van de welcke wy genoeghsaem ghesproken hebben / doen wy van de Derde krachten in 't voorgaende Capitel handelden.

2. Min ghemeynlijck / maer eyghentlijcker / noemtmen Cathartica 'Kathartika', alle dinghen die den buyck van onder / ende de maghe van boven door het braken reynigen; de welcke eyghentlijck suyverende oft purgerende / niet voor kracht oft maght van eenighe qualiteyten die in haer zijn / maer door eyghenschap ende ghelijckenisse van haer-lieder gheheele stof oft substantie / de vochtigheydt die met haer meest over een komt ende ghelijck is / nae hun trecken ende daer naer uyt-leyden oft lossen.

Eendrachtighe oft Tweedrachtighe

Nae de suyver-makende dingen volgen de ghene die onder malkanderen oft aldermeest over-een-komen / oft gheweldighlijck seer verschillen. Want de Tweedracht oft Eendracht / de welcke in vele dinghen ghevonden wordt / en komt nerghens van / dan alleen uyt de ghestaltenisse oft wesen des stofs daer die af gemaeckt zijn. De Tweedracht oft Tegenheyt heet in 't Griecks Antipathia 'Antipatheia', de Eendracht Sympathia 'Sumpatheia'. Plinius noemtse Haet ende Vriendtschap. Dese twee saken en worden niet alleen in de dieren ende dinghen die ghevoelen hebben / maer oock in de ongevoelighe / ghelijckerwijs zijn de Ghewassen ende meer andere / bemerckt. Waer af ick vele betooninghen soude konnen doen uyt verscheyde schrijvers / maer het soude moeyelijck wesen de selve hier al te verhalen : Daerom sal het ghenoegh wesen alleen sommighe voort te brengen / de welcke ghenoeghsaem voldoen sullen om te betuyghen hoe groote vriendtschap ende haet dickwils tusschen de Ghewassen is / sonder datmen daer af de rechte oorsake oft reden kan bewijsen oft gheraden door menschelijck vernuft.

Daer is eenen doodelijcken haet ende tegenheyt tusschen den Wijngaert ende de Koole : want indien het ghebeurt datter een Koole ontrent den Wijngaert gheset oft ghesaeydt wordt / den ranck oft stock van den Wijngaert / als die komt te spruyten ende te groeyen / indien die nae by de Koole is / en sal niet meer recht op-wassen ende schieten / maer sal achterwaerts wijcken ende keeren. Insghelijcks oock geschiet met de Koole : want indien / soo wanneer men die sieden oft koken wilt / daer wijn by oft over giet / de Koole en sal niet meer door sieden morwe worden; maer sal daer-en-boven oock hare verwe verliesen ende bleecker worden. Ende oock hoe wel iemandt veel Wijns drinckt / nochtans en sal hy niet droncken worden / oft bevangen konnen wesen / indien hy te voren van eene rouwe Koole ghegheten heeft eer hy hem tot drincken begheeft.

Daer-en-tegen onderhoudt den Wijngaert / soo het schijnt / met den Olmboom sulcken vrientschap ende gemeynschap / dat hy door 't omhelsen van dien leeft ende lustigher voortspruydt / ende hooger op wast dan hy anders soude.

De Eycke ende den Olijf-boom drijven onder malkanderen sulcken hertneckigen haet / ende soo grooten vijandtschap; dat soo wanneer den eenen geplant oft geset wordt in den put oft kuyle daer den anderen te voren in ghestaen heeft / gheen van beyde daer in aerden kan / maer haest vergaet ende sterft / als in vijanden landt wesende : inder voeghen dat een Eycke niet leven en kan daer eenen Olijf-boom ghestaen heeft; ende oock daer-en-tegen eenen Olijf-boom sterft / als hy op de plaetse daer de Eycke te voren stondt gheset wordt.

Het Varen-kruydt en sal niet wederom uytbotten oft herwassen / soo wanneer het met een Riet ghesneden is geweest; insghelijcks oock als het landt omgheploeght wordt met eenen ploegh die aen sijnen kouter een Riet stekende heeft / dan en sal dat Varen-kruyt dat daer mede geraeckt is gheweest / gheenen wasdom meer hernemen / maer sal gheheel vergaen. Inder selver voeghen sal het Riet vergaen / wanneer dat omgheploeght wort met eenen ploegh-kouter / den welcken met eenen Varen-steck besteken is. Daer-en-tegen isser soo grooten vriendtschap ende eenigheydt tusschen 't selve Riet ende d'Asperges; dat d'Asperges nerghens beter voordt en komen dan in plaetsen daer een groote menighte van Riet wast.

Dese vriendtschap machmen oock bemercken tusschen den Myrtus ende den Olijf-boom / ende tusschen den Vijghboom ende den selven Olijf-boom.

Een lidt oft deel des lichaems nut oft schadelijck

Onder de Vierde krachten (als met de voornoemde vriendtschap oft haet onderhoudende dinghen eenighe ghemeynschap oft ghelijckenisse hebbende) worden oock gherekent alle dinghen die eenigh lidt oft deel des lichaems alleen schadelijck oft nuttelijck zijn. Want dese dinghen zijn het een deel des lichaems meer toe-ghedaen / oft hinderlijcker dan het andere / door eenige besondere ende merckelijck verschil-makende eygenschap / ende oock verscheydentheyt oft ghemeynschap / de welcke van de ghestaltenisse van het stof daer sy af ghemaeckt zijn / voordts is ghekomen. Het welcke Galenus in sijnen eersten boeck van de Genees-middelen nae de gheslachten / klaerlijck betoont met de Spaensche Vlieghen ende den Zee-Haes. Want de Spaensche Vlieghen / anders Cantharides ghenoemt / soo wanneer sy in 't lichaem inghenomen zijn / laten alle de andere deelen daer sy door ende voor by gaen / heel onbeschadight ende vry / dan alleen zijn sy de Blase hinderlijck / ende halen die op / iae quetsen die seer. Den Zee-Haes is de Longher alleen meest schadelijck / hoe wel hy andere sachte ende onstercke deelen voor by gaet eer hy tot de Longher komen kan. Alsoo zijn oock de Betonie / Stechas-cruydt / Marjeleyne / ende sommighe andere / het Hoofdt nut ende aenghenaem. Houf-bladers / Scabieuse ende Ysop / zijn de Borst ende de Longher gheheel nut. Agrimonie ende Lever-cruydt zijn goedt voor de Lever : Steen-varen is de Milte toe-ghedaen : Soet-Houdt en Gulden-Roede is de Nieren goedt : Poleye en Bijvoet zijn de Moeder aenghenaem en bequaem : ende soo oock veel meer andere dinghen zijn het een d'eene / ende het ander d'ander deel nut en oorboorlijck om te ghebruycken.

Maer dit is ghenoegh van de Krachten. Dus sal het wel noodigh zijn te betoonen / hoe ende in welcker voegen tot de kennisse van dien te komen is.

 

^Naar het begin van deze pagina